vrijdag 23 juni 2017

De volgende stap

De moeder van Monique heeft dementie. Monique schrijft regelmatig over haar moeder. 


Een volgende stap

Mijn moeder met Alzheimer gaat langzaan maar zeker achteruit. Niet alleen komt ze de deur niet zelf meer uit, ze belt nu ook bijna alles af. Ze is dan steeds niet lekker duizelig, aan de diarree, moe. 

In haar eigen vertrouwde omgeving voelt ze zich het meest zeker, maar mijn zus en ik, we maken ons zorgen. Want als ze wel echt ziek is wat ook steeds vaker voorkomt, kunnen we ook niet 24-uur per dag naast haar gaan zitten.
Na overleg wordt nu een indicatie aangevraagd en die ertoe zal leiden dat ze zal moeten gaan verhuizen naar een woon-zorg voorziening, maar mijn moeder beseft dit niet. Hoe moet je dit vertellen?

In de aanvraag voor de indicatie moesten we ook al een wenselijke locatie aangeven. Nu staat er in onze wijk zo'n voorziening, een hele mooie, die ik toevallig ook via mijn werk ken en waarvan ik weet dat het goed en mooi is.
Deze week ging ik samen met mijn zus daar kijken, er was een open rondleiding. Wat een enthousiaste top-verzorgende liep met ons mee. Het was mooi, ze vertelde het verhaal. Het gaf ons een stukje vertrouwen voor de toekomst.
Maar ja, hoe vertellen we dit aan mijn moeder en zorgen we ervoor dat ze ook de aanvraag wil ondertekenen voor het CIZ?

Gisteravond at mijn moeder weer bij mij. "Gezellig he, ik kom zo graag bij jullie". "We vinden het ook fijn mam, maar je moet niet zo snel afbellen, is niet goed voor u." Er kwam eerst een wellis nietes discussie over het makkelijk afbellen, dat ze echt al bijna 88 was en oud.
Maar we kregen een goed gesprek en ik kon tegen haar zeggen dat we ons zo zorgen maken. Dat het niet goed is dat ze zoveel alleen is. Dat we ons zorgen maken dat ze alleen is als ze ziek is. Dat het toch zo fijn zou zijn als ze ergens zou wonen, waar mensen voor haar zorgen.
En ik vertelde haar zo maar over onze rondleiding, en hoe mooi het daar was. We bekeken samen de foto's, en mijn moeder werd enthousiast. Vond wat ze zag mooi. 

Gisteravond heb ik de eerste hobbel genomen, en daarna met mijn broer en zus afgesproken dat we dit allemaal zo steeds gaan doen als we bij mijn moeder zijn, in de hoop dat er wat blijft hangen.

Vandaag aan de telefoon was ze het weer vergeten, maar de volgende keer hoop ik dat ze net zo enthousiast zal zijn.
Door nu al te investeren hoop ik, dat ze vanuit een warm gevoel gaat verhuizen. Het zal nog een poosje duren, maar er is weer een belangrijke stap gezet.

Monique

Ingezonden door Monique via Zorg met het hart. 

Op de Facebook pagina van Zorg met het hart kunt u meer mooie verhalen lezen. Neem eens een kijkje, klik hier




De magie van de juiste communicatie

Op een juiste manier communiceren met mensen met dementie is cruciaal om goede zorg te kunnen leveren. Alle zintuigen moet je soms inzetten om iemand met dementie te kunnen begrijpen. Waarom? Omdat je met mensen aan het werken bent.


Een paar jaar geleden werkte ik in in een verpleeghuis op een gesloten afdeling die sinds kort onder de noemer kleinschalig wonen viel. Ik werkte daar als flex-medewerker omdat ik al een vaste baan had en het werk in het verpleeghuis er als tweede baan bij deed. 

Met een lage personeelsbezetting van1 professional op 8 bewoners (geen uitzondering in deze tijd), waren het drukke diensten. Er liep wel altijd een medewerker rond die beschikbaar was voor twee groepen zodat je hulp kon inroepen als het nodig was, dat was de vlinder van de etage. Met name de ochtenddienst was het rennen van de een na de ander om iedereen de gewenste zorg te kunnen bieden. 

Op kamer 6 lag meneer Barends, een man van 87 jaar met gevorderde dementie. Hij kon niet meer lopen, was blind aan beide ogen, doof aan een oor en slechthorend aan het andere. Het was de gewoonte om dhr. Barends een aantal keer per week met een douchebed in de grote doucheruimte te wassen. Dit gaf elke keer problemen. Dhr. gilde de hele afdeling bij elkaar en stribbelde bij elke handeling tegen. Hij moest met twee personen geholpen worden, de vlinder werd hiervoor ingeschakeld. 

Na intern overleg werd er besloten dat Caroline van welzijn een keer bij de douchebeurt aanwezig moest zijn om te achterhalen waarom dhr. elke vorm van medewerking weigerde.  Zij zou dan met tips komen hoe we het anders konden gaan doen om ervoor te zorgen dat dhr. wel mee zou gaan werken. 

Op de ochtend dat Caroline ingepland stond had ik ochtenddienst. Dit was de eerste keer dat ik dhr. moest helpen met douchen. Samen met de vlinder moest ik dhr. gaan verzorgen en douchen. Ik stelde voor dhr. als laatste te helpen zodat we meer tijd zouden hebben. 
Toen ik de kamer binnen kwam zat Caroline daar al het een en ander op te schrijven, geen idee wat. Ik heb een stoel gepakt en ben naast dhr. gaan zitten. Aan de kant van zijn beste oor heb ik dhr. aangesproken en begroet. Ik legde aan hem uit wie ik was en wat ik kwam doen. Dat ik kwam om hem te helpen met wassen en aankleden zodat hij straks kon gaan ontbijten. Dhr. kneep in mijn hand.
Voor elke handeling ging in naar het goede oor toe om kort uit te leggen wat hem te wachten stond en wat wij van hem verwachten. Dhr. reageerde hierop door te doen wat we van hem vroegen. Zo konden de vlinder en ik dhr. probleemloos uitkleden. Ook de transfer van het bed naar het douchen ging op deze manier zonder problemen, elke handeling lieten we hem van tevoren weten en zo wist hij wat er gebeurde. 


Eenmaal in de doucheruimte werken we op dezelfde manier verder. We deden de kraan aan en ik legde aan hem uit dat ik wat water over zijn hand zou laten lopen zodat hij kon aangeven of de temperatuur goed was. En zo maakten we hem beetje bij beetje nat, steeds vragend of hij het goed en lekker vond. Op een gegeven moment verscheen er een glimlach op zijn gezicht, voor ons  een teken dat hij aan het genieten was. Niet een keer heb ik dhr. horen gillen of zien protesteren. Hij liet zich ontspannen door ons wassen en verder verzorgen. 

Na drie kwartier zat dhr. in zijn rolstoel aan tafel en at zijn ontbijt. Hij zag er tevreden uit. 

De moraal van dit verhaal?

Door het personeelstekort en de hoge werkdruk werd er niet meer aan gedacht om op de juiste manier te communiceren. Wassen was de prioriteit geworden en het moest zo snel mogelijk gebeuren. Met twee personen werd dhr. een paar keer per week zo snel mogelijk verzorg, meestal waren ze binnen een half uur klaar. Het gegil en geprotesteer werd als vervelend ervaren, maar zorg moest nu eenmaal snel en efficiĆ«nt gedaan worden. Dit had voor deze meneer met gevorderde dementie ernstige psychische gevolgen. Hij kon niet zien of horen wat er met hem gedaan werd en werd daardoor per keer steeds banger. Niemand wist iets van zijn verleden, wie weet wat hij in de oorlog als kind meegemaakt had wat nu nog van invloed zou kunnen zijn. Los van het feit dat niemand wil dat een ander iets me je doet zonder te weten wat het is zou het zomaar kunnen zijn dat deze meneer vervelende ervaringen uit het verleden aan het herbeleven was, dat zullen we nooit weten. 

Het nadeel van communiceren? De zorg voor deze meneer duurde ongeveer 15 minuten langer. Dat is een nadeel voor de portemonnee van de zorginstellingen, maar het grootste voordeel voor het welzijn van meneer Barendse! 

Om je eningzins in de beleving van dhr. Barendse te kunnen verplaatsen zou je een ooglapje op kunnen zetten en oordoppen in doen en dan in een bed gaan liggen en twee mensen met je laten doen wat ze willen zonder dat er ook maar iets over gecommuniceerd wordt.

Het is wel duidelijk met welk advies Caroline van welzijn kwam....


Monika Eberhart