vrijdag 23 oktober 2015

Ik moet naar huis

Een paar keer per week komt hij naar ons dagactiviteitencentrum, dhr. Janssen. Hij heeft het er wel naar zijn zin, tenminste.....zolang hij afleiding heeft. Zodra hij niets te doen heeft gaat hij dwalen en zoeken.

Dhr. Janssen komt altijd vrolijk binnen om tien uur 's morgens. Hij geeft gewillig zijn jas af en laat zich naar een stoel leiden om daar te gaan genieten van een kopje koffie.
Zijn gehoor en zicht zijn niet meer zo goed, dat zal, naast de dementie, de reden zijn dat hij het lezen van de krant helemaal niet meer opneemt. Zo nu en dan stellen we wat vragen om hem bij de krant te betrekken. We kiezen voor vragen waarvan we inmiddels weten dat hij er een antwoord op kan geven.

Als de koffie en de krant klaar zijn dan begint bij dhr. Janssen de onrust. Hij gaat lopen en hij gaat zoeken, zoeken naar zijn jas, zoeken naar zijn vrouw, zoeken naar iets vertrouwds. Hij wil naar huis, hij wil zo snel mogelijk naar huis. Alleen weten wij dat als hij thuis dat hij dan weer weg wil, waarschijnlijk omdat hij niet meer weet wat hij zoekt.
Op dit moment van de dag kunnen we hem nog afleiden als we zeggen dat zijn vrouw weet dat hij bij ons zal blijven eten. De lunch is dan ook geen probleem, al moeten we wel opletten anders verdwijnt de maaltijd in zijn glas en gaat hij het vervolgens daaruit eten.

Na het eten is het tijd voor de mensen om te rusten, dat wil zeggen: voor de mensen die willen rusten. Sommigen gaan in de rustruimte een uurtje slapen, anderen gaan in de woonkamer wat lezen en luisteren naar muziek. Het personeel kan op dat moment wat aan de administratie doen en evt. de nodige telefoontjes plegen.
Dit is het moment waarop dhr. Janssen het allemaal niet meer aan kan. Wij als personeel moeten het een en ander op kantoor doen en dhr. Janssen heeft juist behoefte aan afleiding. Soms is er een vrijwilliger die met dhr. in de tuin gaat wandelen. Helaas kunnen wij hem niet alleen in de tuin laten omdat het hek naar de straat niet altijd dicht is.Voor ons is het niet altijd mogelijk om hem één  op één aandacht te geven.

Op kantoor staat de kapstok waar de jassen van het personeel aan hangen. Dhr. Janssen heeft alle jassen al een keer aan gehad. We hebben ontdekt dat damesjassen hem niet zo goed staan.  Als we vriendelijk uitleggen dat de jas van iemand anders is dan doet dhr. de jas meteen uit en soms biedt hij zelfs zijn verontschuldigingen aan.  Hij wil dan wel graag weten waar zijn eigen jas dan is. We vertellen hem dat die aan de andere kapstok hangt en dat hij die aan kan doen als hij naar buiten gaat om naar huis te gaan, straks.

Dhr. wordt steeds onrustiger en gaat op zoek naar de deur. Alles wat open zou kunnen biedt een mogelijkheid om naar buiten te kunnen gaan, maar tevergeefs. Hij lijkt zich er niet meer van bewust te zijn dat hij op een gesloten groep zit, maar hij heeft wel in de gaten dat hij niet zomaar weg kan.
Hij loopt onrustig door de gang en gaat elke ruimte in die hij tegenkomt, maar nergens kan hij het antwoord vinden op de vragen die hij heeft, de vragen die hij zelf dan ook weer vergeet.

Terwijl wij op kantoor zitten komt dhr. voor de vierde keer binnen en vraagt"Waar is mijn vrouw?" Mijn collega antwoord "Uw vrouw is met vriendinnen ergens koffie aan het drinken, ze komt straks naar huis" Waarop hij vraagt " Ga ik dan ook naar huis?". "Ja, dan gaat u ook naar huis". Hierop reageert dhr. op een verrassende manier" Naar huis, naar mijn vrouw en dan Hoera! herken ik haar weer en dan weet ik wie mijn vrouw is".
Mij collega's en ik kijken elkaar verbaasd en ontroerd aan. Zoveel moeite met het vinden van de woorden en toch duidelijk kunnen maken wat hij bedoelt.




Als dhr. weet dat hij straks naar zijn vrouw gaat heeft hij even rust, heel even maar.
Vijf minuten later wil hij weer naar huis, hij wil naar zijn vrouw, hij wil meteen naar huis. Waar is mijn vrouw? Hij wil naar huis.......

Dhr. Janssen houdt heel veel van zijn vrouw, zijn vrouw houdt van hem. Ondanks de liefde die ze voor elkaar voelen worden ze drie dagen per week uit elkaar gehaald. De liefde van haar man kan voor mevr. de last die ze moet dragen helaas niet verlichten. Daarom is het goed dat er dagopvang is voor mensen met gevorderde dementie, dan kan de mantelzorger even ontspannen en opladen.

Dhr. Janssen gaat uiteindelijk om vier uur naar huis, daar moet zijn vrouw de deuren op slot doen want dan wil hij naar buiten. Hij weet dan niet waar naartoe.

Monika Eberhart


photo credit: MV House 3 via photopin (license)

vrijdag 9 oktober 2015

Herken alzheimer

Alzheimer is een van de meest voorkomende vormen van dementie. 
Alzheimer is ongeneselijk, er bestaat geen medicijn tegen. Het is wel mogelijk om het ziekteverloop van alzheimer met medicijnen te vertragen. Hiervoor is het van belang om de ziekte vroeg te ontdekken. 

Tien vroege tekenen en symptomen van alzheimer

- Geheugenverlies dat het dagelijks functioneren belemmert

Een van de bekendste symptomen van Alzheimer is geheugenverlies. Het gaat dan met name vooral om het korte termijn geheugen. b.v. vergeten wie er een dag eerder op bezoek is geweest, of wat men eergisteren gegeten heeft.
Andere opvallende zaken zijn: recente afspraken vergeten, steeds dezelfde vragen stellen, steeds meer afhankelijk worden van geheugensteuntjes (agenda, alarm, telefonische herinneringen).

Normaal ouderdomsverschijnsel: Namen en afspraken vergeten, maar het je even later weer herinneren.

- Problemen met plannen of problemen oplossen

Sommige mensen kunnen problemen krijgen met maken van plannen en/of deze uitvoeren. Het kan ook zijn dat iemand moeite krijgt met het oplossen van rekenproblemen, betalen van de maandelijkse rekeningen en het volgen van een simpel recept.
Het wordt steeds lastiger om de concentratie vast te houden, men wordt snel afgeleid of moe.

Normaal ouderdomsverschijnsel: Incidenteel een fout maken bij het verwerken van de financiële administratie. 

- Moeite krijgen met het uitvoeren van vertrouwde taken thuis, op het werk of in de vrije tijd

Mensen met alzheimer krijgen moeite met het uitvoeren van taken die altijd vertrouwd zijn geweest zoals de weg vinden met de auto, het budget beheren op het werk, de spelregels onthouden van een favoriet spel.

Normaal ouderdomsverschijnsel: af en toe de gebruiksaanwijzing van de magnetron nodig hebben omdat instellingen, die niet dagelijks gebruikt worden, vergeten zijn. 

- Verwarring in tijd of plaats

Voor mensen met alzheimer is het moeilijk om tijd, data en seizoenen te onthouden. Er is geen besef meer van tijd waardoor ze niet begrijpen waarom iets niet meteen gebeurt. Wachten wordt moeilijk, daardoor ontstaat onrust.

Normaal ouderdomsverschijnsel: Even de dag van de week niet meer weten, maar er alweer snel achter komen. 

- Oogproblemen

Slecht zien, of beelden verkeerd verwerken, kan duiden op alzheimer. Mensen krijgen dan b.v. problemen met lezen, afstand bepalen, kleur herkennen met als gevolg dat o.a. auto rijden moeilijker wordt.

Normaal ouderdomsverschijnsel: Oogproblemen ten gevolge van staar. 

- Nieuwe problemen met woorden, zowel bij praten als bij schrijven

Mensen met alzheimer kunnen moeite krijgen met het volgen van gesprekken en kunnen soms zelf geen gesprek meer voeren. Halverwege een zin weten ze niet meer wat ze aan het vertellen zijn en kunnen ze in herhaling vallen of gewoon stoppen met hun verhaal. Er kunnen woordvind problemen ontstaan, hierdoor kunnen ze iets een hele andere naam geven b.v. geen horloge, maar handklok.
Een veel gebruikt woord bij woordvind problemen is: ding of dinges.

Normaal ouderdomsverschijnsel: Af en toe een woord niet meer weten, maar er al snel weer op komen. 

- Dingen op de verkeerde plaats leggen en niet meer kunnen achterhalen waar het ligt

Iemand met alzheimer kan spullen op de meest onverwachte plekken opbergen en zich dan niet meer herinneren waar het gebleven is, hierdoor raakt nog wel eens iets kwijt. Het komt dan ook voor dat anderen beschuldigd worden van verliezen of stelen.

Normaal ouderdomsverschijnsel: Af en toe iets kwijt raken, maar weer terug kunnen halen waar het gebleven is. 

- Verslechterd beoordelingsvermogen

Mensen met alzheimer hebben vaak geen betrouwbaar beoordelingsvermogen meer waardoor ze b.v. slachtoffer worden van telemarketing en deur aan deur verkoop. Ze kunnen niet meer beoordelen of iets goed of slecht is.

Normaal ouderdomsverschijnsel: Af en toe een onjuiste beslissing nemen en de fout beseffen. 

- Niet meer actief meedoen op het werk of in het sociale leven

Iemand met alzheimer kan niet meedoen aan werkprojecten, sociale activiteiten, sport, hobby e.d. Het wordt moeilijk om de favoriete hobby uit te voeren omdat vergeten wordt wat die hobby was e.o. hoe deze uitgevoerd wordt. Sociaal isolement kan het gevolg zijn.

Normaal ouderdomsverschijnsel: Af en toe geen zin hebben in werk, hobby of sociale activiteiten.

- Stemmingswisselingen en verandering in de persoonlijkheid

Stemmingswisseling, achterdocht, verwardheid, depressie, angst kunnen veroorzaakt worden door alzheimer. De persoon met alzheimer kan veranderen en last krijgen van stemmingswisselingen waardoor deze onvoorspelbaar kan worden.
Het veranderde gedrag valt het meeste op als iemand zich buiten zijn/haar vertrouwde omgeving bevindt.

Normaal ouderdomsverschijnsel: Bepaalde gewoontes ontwikkelen en geïrriteerd raken als deze gewoontes anders moeten of als routines verstoord worden. 

Monika Eberhart

Bron: Alzheimer Association